You are here
Description
Godfried Nolens (°1737), de stamvader van de huidige families Nolens, was in 1765 gehuwd met Maria Agnes Bastiaens. Het gezin telde tien kinderen en woonde in het huis «De Ring» aan de Hasseltse Grote Markt, een pand dat in 1913 werd afgebroken om de Maastrichterstraat beter toegankelijk te maken voor het verkeer. Godfried Nolens woonde er tot aan zijn dood in 1832.
Van zijn tien kinderen zijn er slechts twee gehuwd geweest, nl. Maria Agnes Isabella Barbara (°1782) met de notarisklerk Egidius Pieters uit Eijsden en Godfried Jan Carolus (°1784). Hij huwde op 21 augustus 1823 met Wilhelmina Stellingwerff (°1795), het tweede kind van Wilhelm, ontvanger van de Armentafel, en van Maria Catharina Aldegonda Vaesen. Het echtpaar vestigde zich in de Hoogstraat, waar Godfried het huis «De vijf Heringhe» had gekocht en in 1822 reeds was gestart met een tabakskerverij.
Godfried en Wilhelmina kregen acht kinderen. Hun enige dochter, Maria Agnes Catherine gedoopt in 1824, huwde in 1848 met de veearts Theodoor Nicolaas Joseph Vaes. Van haar zeven broers, die allen jonger waren, traden er drie in het huwelijk, nl. Leo (°1828), Edouard (°1833) en Godfried (°1836). Leo Nolens, de oudste van de drie, huwde een eerste maal in 1865 met Theresia Esters, die hem drie kinderen schonk. Op 8 januari 1876, twee jaar na haar dood, hertrouwde hij met zijn schoonzuster, Elisabeth Esters, die hem nog vier kinderen schonk. Leo Nolens overleed in 1890 en de tabakskerverij en de handel, die hij van zijn vader had overgenomen, werd voortgezet door zijn weduwe, al vlug bijgestaan door haar in 1879 geboren zoon Léon. Hij huwde in Hasselt op 4 mei 1918 met Régine Bottin (1894-1990) en één van hun drie dochters is Simone Nolens (nvdr: Hasselt 1919-2013), de schrijfster van de Kroniek Nolens (nvdr: = De Familie Nolens (1992)). Toen zijn moeder in 1916 overleed, had hij de in mei 1907 herbouwde tabaksfabriek geërfd. In 1956 zag hij zich om gezondheidsredenen verplicht de zaak over te geven aan de firma Borreman-Mally uit Aalst hetgeen meteen het einde betekende van de laatste tabakskerverij in Hasselt.
Een tweede tak heeft als stamvader Edouard Nolens (1833-1909). Hij was «ambtenaar bij de belastingen» en huwde op 28 juli 1866 met Carolina Haven (°1841). een dochter van molenaar-herbergier Joseph Haven en Barbara Baus uit het Windmolenhuis buiten de Maastrichterpoort. Het echtpaar Nolens-Haven kreeg twee dochters en twee zonen, die allen nakomelingen hebben. Eén van die twee zonen was de bekende dokter Guillaume Nolens (°Maaseik 1872). Onder zijn impuls werd op 20 juli 1913 te Hasselt de Provinciale Vroedvrouwenschool aan de Guffenslaan ingehuldigd. In 1914 startte hij al met raadplegingen voor zuigelingen, lang vóór het Nationaal Werk voor Kinderwelzijn bestond. Dokter Nolens was in 1905 gehuwd met Irma Lhoist uit Stavelot en kocht in 1912 het huis «Het Paleys» op de Maagdendries. Het gezin Nolens-Lhoist telde zes kinderen en van hun vijf zonen werden er liefst vier geneesheer en één tandarts.
De jongste zoon van Godfried Nolens en Wilhelmina Stellingwerff heette ook Godfried en huwde in 1869 met de slagersdochter Maria Gilkens (°1843). In 1875 woonde hij op de Botermarkt in het huis «De Blauwe Hant», waar hij «koloniale waren, genevers, likeuren en wijnen» verkocht. Hij was de vader van o.a. Godfried (x Hortense Boonen uit Bree) en van Sylvain (+Martha Robben), die een bakkerij uitbaatte in de Minderbroedersstraat. Na de dood van Sylvain in 1889 (nvdr: ?) maakten zijn twee zonen, Louis en Albert, er een likeurstokerij met winkel van. Ook de Hasseltse kunstschilder Lucien Nolens (1879-1954), één van de grondleggers van het expressionisme in Limburg, was een zoon van Godfried en Irma Gilkens.
Het oudste wapen van de familie Nolens toont ons «in rood een bovenaan gebroken gouden rad met zes spaken». Het huidige familiewapen staat hierboven afgebeeld, met als spreuk «Vigilans quais merulam».
Uit: Familiekroniek Nolens (2) (1992)