Jean Georges Grisar werd geboren in Hasselbroek omstreeks 1751 als zoon van geneesheer Jean François en van Catherine van Herck. Hij kreeg een opleiding tot chirurgijn.

In 1788 vestigde hij zich in Hasselt; de eerste van het geslacht Grisar. In Jeuk huwde hij met Anna Josephe Vrancken. Het echtpaar kreeg zes kinderen, geboren tussen 1790 en 1800. 

Grisar werd aangesteld als chirurgijn voor de burgerlijke gasthuizen. In april 1798 werd hij zelfs lid van de municipaliteit en volgde ook zijn aanstelling als "officier de santé". Op 17 september 1798 is hij zelfs voorzitter van de commissie der burgerlijke hospitalen. 

Tijdens de Hasseltse dagen van de Boerenkrijg op 4 en 5 december 1898 speelde hij een rol van een zeker gewicht. Buiten de Luikerpoort volgde hij de invallers maar hij moest door de tuinen vluchten tot op de wallen van waar hij, zoals hij nadien beweerde, zeven brigands zou neergeschoten hebben. 

Jean Georges Grisar overleed op 50-jarige leeftijd in zijn woning in de Nieuwstraat in 1801.