De familie Schoeps-Ballet ving in november 1917 vluchtelingen op uit West-Vlaanderen in hun hoeve ‘Ferme de la Bloen’ (Oosterbeekstraat 9, nu Bloonwinning).

Cyrillus Desmedt en Victorine Stubbe kwamen vanuit Handzame aan in Sint-Lambrechts-Herk, met hun twee kinderen Leon (3,5 jaar) en Georgine (9 dagen), de vader van Victorine Stubbe en een tante en nonkel.

Helaas zullen zowel Cyrillus en de vader van Victorine aan de Spaanse griep sterven en in Sint-Lambrechts-Herk begraven worden. In 1920 keerde de weduwe terug naar Handzame. Haar driejarige dochter Georgine vroeg daar: “Mama, wanneer gaan we naar huis?” Want voor haar was Sint-Lambrechts-Herk haar thuis. Na de oorlog hielden beide families nauw contact, waarvan talrijke brieven en kaartjes getuigen.

In Sint-Lambrechts-Herk waren er 110 vluchtelingen tijdens en vlak na de Eerste Wereldoorlog. Behalve de familie Schoeps-Ballet, verleende ook de familie Nijs onderdak aan vluchtelingen in hun villa (familie Pyck en familie Flament-Clique).

De Duitse bezetter beval alle gemeenten om onderdak en voedsel te geven aan de vele West-Vlaamse families, die ter voorbereiding voor de “Derde slag om Ieper” (31 juli tot 10 november 1917) geëvacueerd werden. Aan beide zijden van de frontlijn werden burgers verplicht hun woning te verlaten. De gastgezinnen kregen tijdens de oorlog geen enkele vergoeding voor de opvang van de vluchtelingen.

Na de oorlog kon de familie Schoeps een schadevergoeding aanvragen bij de Belgische staat.