You are here
Description
Het initiatief voor de Kaarsenprocessie kwam vanuit de afdeling van het Marialegioen in Godsheide, in 1958. Het was toen 100 jaar geleden dat Maria verschenen was aan Bernadette Soubiroux in Lourdes, en dat wilde de groep vieren met een kaarsenprocessie.
De processie zou plaatsvinden op 8 december: het feest van Maria Onbevlekte Ontvangenis. Er waren drie vertrekpunten voorzien om de hele parochiegemeenschap te betrekken bij de processie. De kapel aan de Zandstraat was het startpunt voor de mensen aan de noordkant. Het kanaal was toen nog niet verbreed en er lag een brug als verbinding. De mensen van Wolske vertrokken aan de kleine kapel van Froyen, op de hoek van de Kiezelstraat en de Bosstraat. Hier wordt niet de huidige kapel op die plaats bedoeld, want die werd pas ingewijd in 1962. De Lourdesgrot nabij de tuin van de familie Emonds ten slotte was het derde vertrekpunt, voor de inwoners van Mizerik. Deze Lourdesgrot is inmiddels verdwenen. Meer naar het centrum sloten de mensen aan bij de voorbijtrekkende groep.
Met het aangestoken kaarsje met kapje in de hand, vertrokken de drie groepen elk om halfzeven, op maandagavond 8 december. Het was een heldere, stille en vrieskoude avond. Al stappend werd het rozenhoedje gebeden. Na elk tientje zong men een strofe van Te Lourdes op de bergen. Iedere groep slaagde erin het volledige rozenhoedje te bidden en bleef daarna spontaan verder zingen.
Om 19 uur kwamen de drie zingende groepen, opgewacht door pastoor Renquet, tegelijkertijd de kerk binnen, voor de eucharistieviering. Tot aan het begin van de mis werd samen verder gezongen, onder begeleiding van koster-organist Viktor Smeets (Noenk). Tijdens de indrukwekkende viering, in een volle kerk, werden nog enkele Marialiederen gezongen.
In de jaren nadien werd de Kaarsenprocessie opnieuw georganiseerd. De processie werd dan zelfs aangekondigd op radio Kortrijk, tijdens het Maria-halfuurtje op zaterdagavond, door pater Leopold. Door de groeiende onveiligheid op de weg werd deze processie, in de oorspronkelijke vorm, vervangen door een viering rond of in de kerk. Die viering bleef nog meerdere jaren bestaan.
Uit: Godsheide en Malpertuus / Warm aanbevolen (2013), pp. 59-60.