You are here
Description
Deze neoclassicistische herenwoning, gebouwd door burgemeester Eugène Pollenus (1796-1879), ligt op nr. 177 in de Herkkantstraat in Spalbeek. Het gebouw dateert uit de 2de helft van de 19de eeuw.
Fiche
- Eugène Pollenus, burgemeester Spalbeek
- (1880): Emile Pollenus, burgemeester Spalbeek (3)
- woonhuis
- (1953): verblijfplaats voor leden van de Internationale Bouworde
1976 - Z.g. "Kasteel Rijsdaal". Alleenstaand neoclassicistisch herenhuis, gelegen in een park. Dubbelhuis van drie traveeën en twee bouwlagen onder schilddak (mechanische pannen), gebouwd door H. J. Pollenus (1796-1879), burgemeester van Spalbeek, in XIX B. Bakstenen lijstgevels op een souterrain; verwerking van hardsteen voor decoratieve elementen. Sterke verticale geleding d.m.v. bakstenen pilasters; de twee middenpilasters dragen een entablement met boogfries, waarboven een driehoekig fronton (zonnewijzers). Rechthoekige vensters met hardstenen lateien en lekdrempels op consoles; twee oculi onder de kroonlijst. Rechthoekige deur in een geprofileerde hardstenen omlijsting met fraaie tracering in het bovenlicht, voorafgegaan door een breed bordes, met balustrades en twee liggende leeuwen. Gelijkaardige achtergevel, doch zonder fronton; panelen onder de kroonlijst; identieke l.zijgevel. Aanbouwsel van één bouwlaag onder mansardedak tegen de r.zijgevel. Ten N., bakstenen wagenhuis van drie traveeën onder licht gebogen zadeldak (Vlaamse pannen). Voorgevel geritmeerd door een korfboogarcade met natuurstenen sluitstenen en imposten. Zijpuntgevels met aandak, vlechtingen, topstuk en oculi. Dwarsschuur in stijl- en regelwerk met lemen vullingen op een bakstenen stoel; zadeldak met Vlaamse pannen. Onbelangrijke, recente aanhorigheden. (2)
2004 - (...) Het domein is geïsoleerd gelegen ten zuiden van Spalbeek, ten noorden van de Herk en wordt bevloeid door de Rijsbeek. Het werd in 1852 gecreëerd door Eugène Pollenus (1796-1879), procureur en burgemeester van Spalbeek. In 1882 en 1911 werden de landgebouwen uitgebreid en de vakwerkschuur werd overgebracht naar verluidt van uit Kozen en was afkomstig van de Kempeneersschans in Wijer (Nieuwerkerken). In 1918 werd tegen het huis een keukenvolume toegevoegd. De voormalige toegangsdreef naar de Weijerstraat werd pas in 1896 gekadastreerd. (...) Het park met pittoresk karakter, bezit merkwaardige bomen en een dreef van bruine beuk (Fagus sylvatica 'Atropunicea') in de as van het huis, naar het noorden, met parallel een ontwateringsgracht. De kleine vijver is ontstaan door kleiwinning voor de vervaardiging van bakstenen en pannen voor de woning. Een ruim grasveld strekt zich achter het huis uit. Verschillende grote bomen sneuvelden tijdens de stormen van de laatste jaren, maar recente aanplantingen moeten de leemten opvullen. De nutstuinen, moes- en bloementuin en boomgaard, bevinden zich ten westen van de landgebouwen en zijn deels met een lage bakstenen muur en deels met een haag van gele kornoelje (Cornus mas) begrensd. Een eenvoudig, verzorgd smeedijzeren ingangshekje hangt tussen bakstenen pijlers met natuurstenen deksteen. Het heeft vierkant stijl- en regelwerk met spijlen. Tegen de zijpuntgevel van het wagenhuis groeien leiperen. Een prettig gegeven hierover is een krantenbericht van 1863 dat vermeldt dat 'B. Claes, hovenier by M. Pollenus te Spalbeek' het diploma bekwam 'voor het kweeken en snoeijen der fruitboomen in de staetshofbouwschool te Vilvoorden'. Bomen (Het cijfer tussen haakjes is de stamomtrek gemeten op 150 cm hoogte). Amerikaanse eik (Quercus rubra), bruine beuk (Fagus sylvatica 'Atropunicea'), Canadapopulier (Populus x canadensis), fijne spar (Picea abies), gewone hazeaar (Corylus avellana), gewone lijsterbes (Sorbus aucuparia), gewone plataan (Platanus x hispanica), gewone robinia (Robinia pseudoacacia), gewone taxus (Taxus baccata), grauwe abeel (Populus x canescens), gewone moerascipres (Taxodium distichum), moeraseik (Quercus palustris), bastaardzomereik (Quercus x rosacea), bindwilg (Salix alba 'Chermesina'), tamme kastanje (Castanea sativa), vederesdoorn (Acer negundo), witte paardekastanje (Aesculus hippocastanum), zilverlinde (Tilia tomentosa), Coloradozilverspar (Abies concolor), zomereik (Quercus robur). Naast merkwaardige struiken als een oude herfstpaardekastanje (Aesculus parviflora), een camellia (Camellia x williamsii), een oude schijnels (Clethra alnifolia), een oude sneeuwklokjesboom (Halesia carolina), mahoniestruik (Mahonia aquifolium), Beshulst (Ilex aquifolium 'Pyramidalis') en scherpe hulst (Ilex aquifolium). Ook leifruit tegen de bijgebouwen. Goed ontwikkelde kruidlaag met eénbes, gevlekt longkruid, knolsteenbreek,lelietje-der-daen, sneeuwklokje, veelbloemige salomonszegel. Verder ook gewone esdoorn met bont blad (Acer pseudoplatanus 'Leopoldii') (172 cm, 40 jaar oud), rode bastaardpaardekastanje (Aesculus x carnea) (204 cm), tamme kastanje (352 cm),bruine beuk (264, 193, 264, 524 cm), monumentale gewone beuk (Fagus sylvatica) bebladerd over de ganse lengte van de takken (504 cm, van omstreeks 1870), gewone plataan (276, 306 cm), zomereik (555 cm), gewone robinia, cultivar (Robinia pseudoacacia 'Tortuosa') (316 cm), Hollandse linde (Tilia x vulgaris) (314 cm). (2)
- open bebouwing
- perceelgrootte: 4220 m2