You are here

Boekweitkoek... lekker

Description

Het heidegebied tussen Hasselt en Zonhoven is jarenlang het decor geweest waar arme en berooide gezinnen een verbeten strijd moesten leveren voor hun dagelijks bestaan. Zij bewerkten er een magere grond waarin aardappelen en boekweit het best konden gedijen. Deze gewassen vormden het belangrijkste voedselbestanddeel van de keuterboertjes en de bessembinders. Bij uitzondering kwam er ook al eens een stuk spek met zwart roggebrood op tafel en werd de karnemelk met de paplepel ingegoten.

Boekweitpap en boekweitkoek waren voor deze simpele mensen een ware lekkernij. De traditie wil dat de boekweitplant door de kruisvaarders uit het Heilig Land was meegebracht. Omstreeks de jaren 800 besloeg de boekweitteelt in Noord-Limburg bijna 40% van de landbouwgronden, waar dat in Haspengouw maximaal 2% bedroeg. De Kempische imkers lieten de bloempjes van de boekweitplant bestuiven door hun bijen. De landbouwers vermaalden de driehoekige zaadjes tot boekweitmeel. Het binnenhalen van de laatste hooikar gaf aanleiding tot een uitbundig oogstfeest waarbij gedanst en gezongen werd: 

Koekeloerenhaan! 
De laatste kar is op de baan 
Al om naar huis te gaan. 
Koekeloerenhaan! 
Smeer de paän 
Of de koek brandt aan!

Dan werden er massa’s boekweitkoeken gebakken, die royaal met siroop werden bestreken. Zij gebruikten hiervoor boekweitmeel van de vorige oogst, want de nieuwe boekweit moest nog gedorst worden.

Het meel werd bewaard in een ronde uit stro en braamtakjes gevlochten mand, met bovenop een gevlochten trechter, de boekweitkaar. Stukjes vet spek verwerkt in een boekweitkoek waren echte kermiskost. Dagelijks werd in een koekpot het beslag gemaakt met een bundeltje berkenrijs (nvdr: tak van berkenhout). Hoe meer melk en eieren erin verwerkt waren, hoe smakelijker de koek. Er bleef altijd een restje beslag in de koekpot om het te laten verzuren voor het beslag van de volgende dag.

De Limburgse dichter Jan Mathijs Ballings (nvdr: Hamont 1829-Kinrooi 1911) wijdde in 1900 een lofzang aan de Kempische boekweitkoek:

‘k laat de heer zijn lekkere beetjes: 
kreeft en paling, louw en snoek; 

ik voor mij verkies de sneetjes 
van ’n malse boekweitkoek!

De warme koeken werden op een koekenwis gelegd. De heikleuters in Kiewit aten de koek uit de vuist, opgerold en met Loonse stroop besmeerd. Er kwam geen vork of mes aan te pas.

Het recept was vrij eenvoudig: “Meng in een teil (kom uit aardewerk) 250 g boekweitmeel met 250 g roggebloem. Maak er een kuiltje in en vul dit op met 25g gist in lauwe melk opgelost, 2 eieren en een snuifje zout. Voeg er afgeroomde melk aan toe en meng alles tot er een licht beslag verkregen wordt. Laat het een uur of beter nog een nachtje rusten, neem dan de koekenpan en vet ze voor elk baksel in met spekvet.” 

Jacques Collen en Jan Lambin schreven in hun “Oude gebruiken en gerechten uit Limburg” dat er ook boekweitkoeken gebakken werden waarin meerdere verse kruiden verwerkt werden.

Het water komt me nog in de mond als ik terugdenk aan de hartigste koek die me ooit werd aangeboden. Het was op een natverkleumde winterse dag dat we bij de boer van de Engelenhoeve op de Heksenberg onze bevroren voeten mochten opwarmen bij de Leuvense stoof. Boer Jef vergastte ons op een authentieke Kempische boekweitkoek, verwerkt met spekblokjes, peterselie, salie, bieslook en boerenwormkruid. Een flinke lepel stroop erop en als toemaatje een Hasselts brandewijntje om de keel te smeren.

Wat eeuwenlang de eenvoudige dagelijkse kost was van de heidemens uit Kiewit, is vandaag verhuisd als een curiosum naar het openluchtmuseum van Bokrijk.

Uit: Kiewit & Banneux / Warm aanbevolen (2008), pp. 38-40.

Referenties

Kiewit & Banneux / Warm aanbevolen (2008)
Titel: 

Kiewit & Banneux / Warm aanbevolen (2008)

Ondertitel: 
Vroeger en nu
Plaats van uitgave: 
Hasselt
Jaar van uitgave: 
2008
Cover: 
Oude gebruiken en gerechten uit Limburg (1977)
Titel: 

Oude gebruiken en gerechten uit Limburg (1977)

Plaats van uitgave: 
Antwerpen
Jaar van uitgave: 
1977

Recent toegevoegd

Advocaat Fritz Willems werd geboren in Hasselt in 1883 als enige zoon van brander en zoutraffineerder in...
Zoon van Max Hören . Hij had een winkel in de Kapelstraat in Hasselt, waar onder meer Mathieu Geurts op...
Hij leerde het beroep bij zijn vader Max Hören . In 1939 begon hij een eigen uurwerkzaak in de...
Uurwerkmaker Carl Hören was van Duitse afkomst (Rijnland). Hij huwde Johanna Vaes (°20 november 1853)...
Hij leerde de stiel bij zijn vader Carl . Huwde in 1909 Victoria Dekens (°26 juli 1884). Hij vestigde...
In 1426 werd door Pullincx een klooster gesticht, Sint-Catharinadal genoemd. In 1428 gaf de prins-...
In 1871 koopt Cyriel (Cyrille Julien) Elens (1846-1936) stokerij Cordens van Felix Theodoor Cordens in...
Bovenstaand wapen, namelijk gevierendeeld: I in zwart een zilveren doodskop, II in rood drie linker...
"Woensdag jl. overleed in zijn woning aan de Weg naar As, 113 te Genk Laurent Withofs . De h. Withofs...
Jan Hubert Willems huwde Anne-Marie Haeven en was horloger op de Grote Markt nr. 15. (nvdr: nr. 14 )...