Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de oude gevangenis aan de Martelarenlaan door de Duitse bezetter gebruikt. Er werden ondermeer verzetsmensen opgesloten.

Omdat de Duitsers Tony Lambrechts, de leider van de Limburgse Weerstand en zijn drie broers niet konden te pakken krijgen, arresteerden ze vader Theo Lambrechts en zijn dochter Augusta. De twee werden opgesloten in de oude gevangenis. Op 10 juni 1944 werd een bevrijdingsactie op touw gezet. Gaby Dupain, Georges Van Isterdael, Charlie D'Hoste en Jean Mélot drongen onder leiding van René Lambrechts gewapenderhand de gevangenis binnen tijdens de wisseling van de wacht. René slaagde erin zijn vader Theo en zijn zuster Augusta te bevrijden en naar buiten te brengen, waar Louis Lambrechts en Fernand George hen opvingen. Ondertussen was in de gevangenis alarm geslagen. Duitse soldaten bestormden het gebouw. De verzetstrijders zaten in de val. Ze werden alle vijf aangehouden en onmiddellijk gefusilleerd.

Tegen de gevel van de oude gevangenis hangt een gedenkplaat voor de vijf slachtoffers van en bevrijdingsactie door het Geheim Leger op 10 juni 1944.