* Paul Gilissen-Le Bon had voorheen een winkel in koloniale waren in het huis De Steur aan het Hemelrijk. (6)
* In november 1926 werd Huibrecht Hoste uit zijn ambt van architect ontzet na een dodelijk ongeval op één van zijn werven. Hij werd daarvoor veroordeeld. Hoste ging in beroep en werd in 1936 in ere hersteld. We mogen er vanuit gaan dat Hoste door deze problemen grotendeels afhaakte voor het interieur van de woning en dat hij zijn initiële plannen voor de gebouwen van de firma formeel niet kon verder zetten. Het feit dat er in zijn persoonlijk fotoarchief naast beeldmateriaal van het optrekken van de woning ook foto's werden teruggevonden van de bouw van de Hasseltse magazijnen in 1929, doet echter vermoeden dat hij achter de schermen hier toch een rol bleef spelen. Naast de uitzonderlijk modernistische en bouwfysische kenmerken van de magazijnen in Hasselt, werd recent op een oude foto ontdekt dat de originele hoge ramen in de rechterzijbeuk van die magazijnen oorspronkelijk een V-vormige uitstulping hadden en vooral dat ze gekleurd waren in polychroom verfwerk. Een handelsmerk en één van de meest typerende kenmerken van Hoste zijn hele oeuvre.
* Het is niet helemaal duidelijk hoe de familie Gilissen en architect Huibrecht Hoste elkaar hebben ontmoet. Er bestaan verschillende versies.
1. Tijdens zijn opleiding kwam de toen 20-jarige Hoste mogelijk al in contact met Limburg naar aanleiding van de verbouwingswerkzaamheden in de parochiekerk Sint-Michiel in Bree. Hij werkte daarvoor samen met architect S. Mortier uit Gent. Dat was in de periode 1901-1902. Gelijktijdig werd de kruisweg in de kerk gerenoveerd. Die renovatie werd voor de helft gefinancierd door juf. Wadeleux, familie van de firma 'Janssens-Wadeleux'. Het zou dus best kunnen dat Hoste via deze weg in 1926 in Hasselt bij de firma 'Janssens-Gilissen' terecht kwam voor de bouw van de woning. In het Hoste-archief van de KULeuven is een schets bewaard van een gevelontwerp en een grondplan, waarschijnlijk het eerste ontwerp voor zowel Janssens in Bree als Gilissen in Hasselt. Hier zou dus een band kunnen bestaan met de Koloniale Waren 'Janssens-Wadeleux' en/of 'Janssens-Gilissen'.
2. Het zou ook kunnen dat Huibrecht Hoste in contact kwam met de familie Gilissen in Hasselt via zijn zuster Albertine Hoste. Wijlen zusters salvatorianes Alexandra Gijbels uit Hasselt leerde tijdens haar verpleegsteropleiding in Brugge Albertina Hoste kennen. Albertina was de "hoofdmeesteres" van de verpleegsterschool Sint-Elisabeth. Zuster Gijbels zou Huibrecht Hoste bij haar overste in Hasselt hebben voorgesteld als architect voor de verbouwing van het kasteeltje 't Hollandsveld tot de huidige Salvatorkliniek.
3. Een derde mogelijke piste is via de Hasseltse ondernemer Arthur Baar, de ontwerper en bouwheer van de magazijnen 'Janssens & Gilissen' in Hasselt.
* Het verhaal van de Koloniale Waren 'Janssens & Gilissen' in Hasselt begon op 13 juli 1926 met de fusie van de firma's 'Janssens-Wadeleux' uit Bree en 'Gilissen-Maris' uit Hasselt. Bree werd vertegenwoordigd door senator Edouard Janssens en zijn echtgenote Eveline Van Schoenbeek, Hasselt door Paul Gilissen en zijn echtgenote Neda Le Bon. Zij richtten de 'Samenwerkende Maatschappij/Société Coopérative Janssens & Gilissen' op, die zou instaan voor de uitbating van de handel. Het beheer van de gebouwen in Hasselt viel en valt nog altijd onder de 'Naamloze Vennootschap/Société Anonyme Janssens & Gilissen'.
* Het succes van de Koloniale Waren 'Janssens & Gilissen' tijdens het interbellum, de periode tussen de twee wereldoorlogen, was ondermeer te danken aan de rechtstreekse toevoer van de goederen via de spoorweg. Het spoor liep langs de achterliggende magazijnen die voorzien waren van eigen loskades. Aanvankelijk leverde de firma vooral met paard en kar. De opkomst van de kleine vrachtwagens voor de distributie naar de klanten zorgde voor een snelle groei van de keten Centra buurtwinkels (Centra was een soort samenwerkingsverband tussen groothandelaars in koloniale waren) waaraan geleverd werd.
* Tijdens de tweede wereldoorlog ontsnapte de firma Janssens & Gilissen niet aan de bombardementen die Hasselt teisterden. Op 10 april 1944 kregen de achterliggende magazijnen de volle laag. Er brak een geweldige brand uit, de brandweer had twee dagen nodig om de brand te blussen. Het "suikerkot" achteraan in het magazijn lag volledig tegen de grond. Het personeel kwam helpen om de verbrande suiker op te ruimen en mocht de suiker die nog goed was meenemen om confituur van te maken.
* Tijdens maar ook vlak na de oorlog konden de personeelsleden kiezen voor uitbetaling 'in natura', bijvoorbeeld chocolade of koffie. Op die manier wilde de firma vermijden dat de Duitse bezetter de handelsgoederen zou aanslaan. En zo aten en dronken sommige personeelsleden jarenlang van hun voorraad chocolade en koffie: goede 'marchandise' want van bederf of smaakverlies was geen sprake.
* Na de oorlog herstelde de firma zich relatief vlot. Het aanbod werd voortdurend uitgebreid tot het volledige assortiment van producten van de Centra Buurtwinkel. Ze verhandelde alles wat verpakt kon worden in dozen, blik, bokalen, flessen, kartons enz.
* Het personeel kon je ruwweg in twee grote groepen indelen: de administratie, "die van vooraan" en het magazijn "die van vanachter". Het waren twee aparte werelden die weinig of geen contact met elkaar hadden. De vrouwen op de administratie kregen een bediendencontract maar mochten niet trouwen. De vrouwen in het magazijn kregen een arbeiderscontract, zij mochten wel trouwen maar moesten vertrekken als ze zwanger waren.
* Bij hun ontslag en huwelijk was een vergoeding of afscheidspremie niet gebruikelijk. Wel mochten de dames op hun trouwdag gebruik maken van de privéwagen van de heer Gilissen, voor de rit naar het gemeentehuis en naar de kerk. Sommige dames kregen een cadeau, zoals een koffieservies of een geel, kunststoffen kinderbadje.
* Een anekdote over Jean Pascal, vertegenwoordiger voor Hasselt in de jaren 1950. Hij ging ondermeer langs bij de zussen Vanstraelen die een Centrawinkeltje uitbaatten aan de Koningin Astridlaan. De oorlog in Korea woedde in alle hevigheid en de mensen sloegen aan het hamsteren, wat leidde tot schaarste van heel wat producten zoals waspoeder. Door de levering van een volle trein Persil waspoeder bij de firma 'Janssens & Gilissen' kon Jean op een bepaald ogenblik een hele vrachtwagen Persil op de bestelwagen van Vanstraelen noteren. De zussen waren ervan overtuigd dat hij een grapje maakte. Toen de vrachtwagen tot hun grote verbazing toch arriveerde, werd er uren gesjouwd en werden alle plaatsen van winkel tot kelder en slaapkamers volgestouwd met grote dozen Persil. In volle paniek kwamen de zussen Vanstraelen bij de firma 'Janssens & Gilissen' aan… Jean kreeg een briljant idee en stelde voor om alle dozen op de stoep voor de winkel op te stapelen. De Koningin Astridlaan was toen de belangrijkste invalsweg van Hasselt. Op één dag was de hele voorraad verkocht en hadden de zussen een flinke cent verdiend. Jean was hun held.
* In de jaren 1950 nam Yvan Gilissen het bedrijf geleidelijk over van zijn vader Paul, maar die hield nog lange tijd een vinger in de pap. Dat was bijvoorbeeld duidelijk het geval tijdens een dispuut tussen Yvan en de reizigers eind jaren 1950. Op dat moment was de chocolade 'Koetjesreep' erg in. De winkelier betaalde er 1 frank voor. In volle zomer verwachtte Yvan van zijn reizigers dat ze zoveel mogelijk van die koetjesrepen zouden verkopen, maar geen enkele reiziger verkocht ook maar één reep. Het was te warm en de chocolade smolt weg tot een platte brij. Yvan was erg ontgoocheld en zette de hele groep reizigers op staande voet aan de deur. Die gingen dan maar samen op café, grappend en zich afvragend hoe het nu verder moest met de firma. Ondertussen had de 'oude' heer Paul Gilissen lucht gekregen van het voorval. Hij trok naar het café waar de reizigers zaten, trakteerde de groep, excuseerde zich in naam van de firma… en kon de afgedankte reizigers overtuigen om de dag nadien toch allemaal terug aan de slag te gaan. Maar niet voordat er nog menig pintje werd gedronken!
* Dit zijn de voormalige gebouwen van het distributiebedrijf 'Koloniale Waren Janssens & Gilissen'. Het 'Huis Hoste' met aanpalend magazijn (nr. 85) was het zenuwcentrum van het bedrijf. De achterliggende werk- en stockageruimtes werden eind jaren 1980 afgebroken.
* Het 'Huis Hoste' was de hoofdlocatie voor al de prachtige huiselijke scènes in de succesvolle tv-reeks 'De Smaak van De Keyser' (2008): het bureel van De Keyser, het salon, de eetplaats, de badkamer, de slaapkamers, de trappenhal, de toegang tot de geheime kamer... De magische sfeer van de privévertrekken van de familie De Keyser werd op een wonderlijke manier in beeld gebracht. Badend in een sfeer van warmte, licht en rijkdom werd de natuurlijke schoonheid van 'Huis Hoste' sterk geaccentueerd. Ook het aanpalende, eveneens als monument beschermde fabriekspand ‘Koloniale Waren’ fungeerde als filmlocatie voor cruciale scènes uit de serie. De smaakkamer bevindt zich in de authentieke glazen binnenruimte van dit pand. In de centrale hal werd de ‘geheime kamer’ opgebouwd, het heiligdom van de firma waar Henri De Keyser en zijn erfgenamen Helena en Allessandra onderzoek deden naar de ‘ultieme’ jeneversmaak. Tot slot werden de talrijke binnenruimtes van het fabriekspand gebruikt als decor voor het politiekantoor, de keuken, delen van de oude jeneverstokerij enz... (5)