You are here
Description
Ondernemer Jacob Fokke Schuitema startte in 1888 een kruidenierszaak en groothandel aan het Damsterdiep in Groningen. Zijn neven Dethmer en Dirk Eildert Schuitema namen de zaak aan het begin van de 20ste eeuw over en concentreerden zich op het groothandelsbedrijf. Dat legde hen geen windeieren. Tot in de wijde omtrek vonden de kruideniers de weg naar groothandel Schuitema.
De broers Schuitema wilden meer. In 1931 namen ze het initiatief voor de bundeling van de inkoopkracht van twaalf grossiers verspreid over het land. Ze droomden van een groot samenwerkingsverband tussen winkeliers en grossiers. Op die manier kon de grossier de belangen van de kruidenier verdedigen bij de fabrikanten. Daarom ontwikkelden ze een winkelformule voor de ondernemers die op dat moment zelf zaken deden met hun inkoopcentrale. Dat samenwerkingsverband startte vanaf 1933 onder de naam Centra. In de jaren '50, '60 en '70 groeiden Schuitema en Centra fors.
In Belgisch Limburg en Luik bestonden ook heel wat Centra-winkels. Heel wat van die winkels werden bevoorraad door de firma Koloniale Waren Janssens & Gilissen. Zij zorgde voor de import, verwerking en distributie van 'koloniale waren': koffie, thee, specerijen, cacao, suiker, tabak, enz. Hasseltse Centra-winkel lagen onder andere in Kermt (In de trompet), op de Botermarkt (mevr. Bonneux?), aan de Luikersteenweg, aan de Koningin Astridlaan (zussen Vanstraelen), aan de Maastrichtersteenweg nr. 100 (zussen Meuris) en in Kuringen: Jean Pascal in de Overdemerstraat en mevr. Kronix in het centrum. Concurrentie voor Centra waren de winkels van Limburgia of van de Brusselse firma Victoria (chocolade, snoep, koekjes).
Maar eind jaren '70 gaat het met de groei een stuk minder hard. De economische tegenwind maakt klanten prijsbewuster. Ze kiezen meer en meer voor voordeliger concurrenten. Schuitema besluit om een nieuwe koers te varen. Het ontwikkelt een spiksplinternieuwe winkelformule: C1000. Ook in Hasselt hadden de Centra-winkels het steeds moeilijker door de concurrentie van grootwarenhuizen en de stijgende administratieve rompslomp. Uiteindelijk verdwenen ze volledig uit het straatbeeld.