You are here
Description
Het huis waarin de Marollenschool of Kante Scole werd ingericht, was in de 17de eeuw door mevrouw Thisius, weduwe van Renerus de Geloes, gebouwd. In 1715 behoorde het toe aan de 'erentfesten' heer Vandermaesen, schepen van het Oppergericht van het graafschap Loon. Drie jaar later kwam het in het bezit van Jan Nobels; in 1720 was het van de koopman Adriaan Copal, echtgenoot in eerste huwelijk van Kathrien Lambrechts en in tweede huwelijk van Anna-Cornelia Aerts; eigenaars van de buurpanden waren opdat ogenblik: Jan Hauben (aan de linkerkant) en oud-burgemeester Joês de Geloes, die de schuur aan de rechterzijde bezat. De schuur werd tot woning ingericht en bij het huis gevoegd; daarop werd het geheel in orde gebracht en gemeubileerd. Vervolgens schonk de eigenaar Copal het vruchtgebruik van het gebouw aan de Kante Scole, Marollenschool of Huys der verlatene meisjes en weezen. (...)
Op 14 februari 1782 werden beide huizen door pastoor De la Court, die optrad in naam van de cantorij van de Sint-Quintinuskerk, verkocht voor 1400 gulden aan meester-schrijnwerker Antoon Bertrand.
Uit: Hasselt intra muros (1989), pp. 226-227.
Fiche
- einde 17de eeuw: Anna-Catharina Thisius
- 1715: Eustache Jean Joseph van der Maesen (Vandermaesen), heer van Weyerhof, schepen Hof van Vliermaal, burgemeester en schepen van Maastricht, echtgenoot voorgaande
- 1718: Jan Nobels
- 1720: Adriaan Copal, koopman - schenkt vruchtgebruik aan
- (?): Marollen- of Kantschool
- (?): cantorij van de Sint-Quintinuskerk - verkoopt aan
- 1782: Antoon Bertrand, meester-schrijnwerker
- woonhuis
- kantschool
- 1ste helft 18de: de schuur, eigendom van oud-burgemeester Jan-Mathijs de Geloes, gelegen aan de rechterzijde van het pand, werd verbouwd tot woning en bij het pand gevoegd