You are here
Description
In 1884 stichtte Eugeen Leën, na zijn studieperiode aan het Hasseltse Atheneum, de katholieke Vlaamse studentengilde 'De Jonge Klauwaarts'. Het was een leesgezelschap dat geanimeerd werd door Désiré Claes, die sinds 1870 leraar aan het Atheneum was.
De Jonge Klauwaarts dreigde met de Eerste Wereldoorlog een vroege dood te sterven, maar in 1921 waren daar Paul Cools en Egide Koninckx, die met veel energie en intellect zorgden voor een heropleving en nieuwe bloei. In 1929 kwam er een nieuwe vlag met de klauwende leeuw.
Rond 1930 volgde een zeer woelige periode in de geschiedenis van de Jonge Klauwaarts. In de studentenbond waren er voor- en tegenstanders van aansluiting met de pas opgerichte KSA (1928). Het was toen een van de vele verdiensten van E.H. Bouveroux om deze overgang zonder kleerscheuren te laten verlopen (1931), zodat de Jonge Klauwaarts uit het politiek vaarwater werden gehouden. Ook door bemiddeling van E.H. Bouveroux werden de Jonge Klauwaarts naar een lokaal van het Sint-Jozefscollege gebracht.
De Jonge Klauwaarts bestaan nog steeds, zij het niet meer als onderdeel van de lang ten onder gegane katholieke Vlaamse studentenbeweging, maar van zijn verre erflater, de Katholieke Studerende Jeugd (KSJ).
Fiche
studentenbond, leuze: Doe wel en zie niet om