You are here
Description
Deze woning lag tussen De Dry Swaenen en het straetje leidend naer de Celsusters (gichtregister van 1788). Onder de datum 3 oktober 1781 wordt vermeld dat zij paalde aan het straetje der Celsusters langs de vetteryen van den Demer naer den molen. Bedoeld 'straetje' is de huidige Gasthuisstraat. De Gasthuisstraat wordt echter als dusdanig nergens in de gichtregisters vernoemd. Waarschijnlijk gaf De Bruyne Spiegel langs achter toegang tot de Gasthuisstraat, wat overigens ook voor andere panden in dezelfde huizenrij het geval was.
In 1780 behoorde het toe aan Theodorus-Adamus Putzeys, schout van Alken, echtgenoot van Maria Duynen, die het ook bewoonde. Het werd door de huisschilder Stappers, die er rond de eeuwwisseling de eigenaar van was, keurig opgeschilderd.
In het begin van de 20ste eeuw woonde er de handelaar in stoffen en bandartikelen Karel Corthouts.
Uit: Hasselt intra muros (1989), p. 86.
Fiche
- 1780: Theodorus-Adamus Putzeys-Duynen, schout van Alken
- (?): Stappers, huisschilder
- begin 20ste eeuw: Karel Corthouts, stoffenhandelaar
woonhuis / handelshuis