You are here

Tafelgewoonten, eet- en drinkgeplogenheden van de heiboerkes

Description

In zijn heimatnovellen legde Alfons Jeurissen tal van tafelgewoonten, eet- en drinkgeplogenheden van de vroegere heikrabbers voor het nageslacht vast. Zijn volkskundige overleveringen over het leven op de Hasseltse heide en de Beverzak zijn voor onze kennis over de plaatselijke folklore van uitzonderlijk belang.

Het is bekend dat de heibewoners na een zware dagtaak nog hun groenten en kruiden in hun moestuintje met eigen handen bewerkten. Zij teelden er vooral bonen, hun belangrijkste voedingscomponent alvorens de aardappelcultuur ingang vond.

Krieken, appels en peren waren een gegeerde toespijs wanneer er vlaai gebakken werd.

Fruitbomen groeiden in de weide naast hun boerderij. Hier deden de geit, het schaap en enkele kippen zich tegoed aan het schamele gras of afval van de groenten.

Menige heikleuter hield van een rijke boer een koe in leen. De melk van dit beest mochten zij voor eigen gewin gebruiken. Zij maakten er boter van die ze, verpakt in koolbladeren, samen met de zelf gewonnen scharreleieren op de markt in Hasselt aan de man brachten. De afgeroomde melk en kaas kwamen op de gezinstafel terecht, terwijl ze dierlijk vet uitspaarden als smeersel voor hun eigen boterham. Vetgemeste kippen werden doorgespeeld aan een opkoper. Het varken werd geslacht naar aanleiding van bepaalde familiefeesten. Dan werd er worst en kipkap bereid en werden er hespen gerookt met smeulend berkenhout en dennennaalden.

Het gebied van de heide en haar talloze vennen was als biotoop uitzonderlijk rijk aan allerhande wildsoorten: fazanten, konijnen, watereenden, ganzen, kievitten, wulpen en waterhoenen. Een gedroomd paradijs voor stropers, die hun buit in de stad aan de man brachten. De vijvers leverden forel en paling voor de magere dagen van het jaar. 

De bouwlanden met hun rode klavervelden, groengetinte spurrielanden, gouden graanakkers en sneeuwbloemige boekweitvelden lagen als bonte kleurenpaletten verspreid over de monotone purperen heide. 

Het binnenhalen van de oogst met een ossenspan kan voor onze tijd een zweem van romantiek inhouden. De werkelijkheid getuigde echter van een hard labeur om dagelijks te kunnen overleven. 

Neem plaats en zet u bij aan tafel. Het ontbijt bestond uit een eenvoudig stuk roggebrood en een tas koffie. ’s Middags werd er een hutsepot met aardappelen op tafel gezet.

Wanneer de familie op het veld ging werken voorzagen zij zich van een simpele boekweitkoek met een zwarte boterham. Een gewoon avondmaal bestond uit opgewarmde gesuikerde botermelk, waarin brokken zwart brood geweekt werden. Een variant voor de koude winteravonden was de “Hete bliksem”, stamppot op basis van zuurmoes. Bij de maaltijden werd een afkooksel van chicorei gedronken.

Feestavonden zorgden voor een feestelijke tafel met spekkoeken. Dit waren boekweitkoeken, gebakken met reepjes spek en rijkelijk besmeerd met een dikke laag zwarte perensiroop. 

Was er een zieke in huis dan was het klassieke geneesmiddel een glas warme wijn waarin een paar eieren geklutst werden. Het dient gezegd dat de heibewoner geen moeite had om een stevige pint te verzetten. Evenmin schuwde hij een slaapmutsje, een jenevertje dat als hartversterker diende om zich wat moed in te pompen. Soms greep hij naar een kappertje, een straffe borrel waaraan peper toegevoegd werd om de inwendige mens op te warmen. En als de nood het hoogst was, greep hij naar het stoopje dat op de schouw van iedere huiskamer een ereplaats had.

Kiewit was slechts een paar cafés rijk. Als de financies het toelieten, ging het heiboerke er met zijn kompanen een praatje slaan, sloeg hij een paar borrels of pinten achter 'zijne gielis' en stopte er een pijpje met 'toebak krol', die hij opborg in een varkensblaas.

Wat is er intussen geworden van de hutjes van de bezembinders, van de aloude Engelenhoeve, de hoeve Mouling, het hof Vanreppelen, de stokerij Leynen en van het cafeetje aan de Borggravevijversstraat? De huizen zijn verdwenen, de heide verdween en ook de heikleuters verdwenen. Een stukje cultuur, dat ondanks zijn ruwe kanten toch heel wat nostalgie inhield, is mee verdwenen.

Uit: Kiewit & Banneux / Warm aanbevolen (2008), pp. 40-43. 

Referenties

Kiewit & Banneux / Warm aanbevolen (2008)
Titel: 

Kiewit & Banneux / Warm aanbevolen (2008)

Ondertitel: 
Vroeger en nu
Plaats van uitgave: 
Hasselt
Jaar van uitgave: 
2008
Cover: 

Recent toegevoegd

Auteur: Marc Jacobs Zie tekstpagina voor de uitgebreide beschrijving. Louis Berten werd geboren op 30...
1795-1824 : Etienne-François de Stenbier 1825-1867 : Charles-Philippe de Cecil 1868-1869 : Conrardus...
1830-1836 : Vandenborn, Hubert 1836-1864 : Stas, Paul 1865-1877 : Berden, Guillaume 1878-1884 : de Grady...
1830-1861 Gaspard Vandereijcken (Schulen 1798-?), brouwer-eigenaar 1861-1866 Pierre Jean Adons (Stevoort...
In 2013 werd beslist om de stads- en OCMW-diensten samen te gaan huisvesten in een nieuw...
Een stad besturen kan niet zonder ambtenaren: mensen die het beleid uitvoeren, die dagelijks zorgen dat...
Nadja Vananroye was van 2012 tot 2016 OCMW-voorzitter en schepen van welzijn, gezin en senioren. Van...
Het perk op het Oud Kerkhof , aangelegd tussen 1929 en 1931, kwam er ter ere van de gesneuvelden van de...
In zijn familiegeschiedenis over de familie Cools, uitgegeven in samenwerking met lic. Roger Janssen in...