In 1975 stak een vijftiental mensen de koppen bij elkaar om opnieuw een toneelvoorstelling voor te bereiden in Godsheide. De groep koos een processtuk over de verrijzenis; De derde dag, en mikte voor de opvoering op Pasen 1976. Bij gebrek aan vergader- en repetitielokaal werd er gerepeteerd bij de initiatiefnemers Vanderspickken-Knuts thuis. Een tweetal succesvolle opvoeringen in het parochiecentrum Godsheide was het resultaat. Dit leidde tot de oprichting van Toneelgezelschap Godsheide (TGG). De volgende 21 jaar zou de groep – vanaf 1980 onder voorzitterschap van Jan Zoons – maar liefst 27 producties op poten zetten, met 100 opvoeringen in het plaatselijke parochiecentrum en vier gastopvoeringen op verplaatsing. Dit alles werd mee mogelijk gemaakt dankzij een ruime ploeg technische medewerkers voor decorbouw, beheer van de rekwisieten, belichting en geluid, grime, drukwerk en promotie. Alle betrokkenen hielpen bij de kaartenverkoop.

Vanaf de tweede productie diende een leegstaand klaslokaal in het gebouw van de voormalige jongensschool als repetitielokaal, terwijl het podium van het parochiecentrum gebruikt mocht worden tijdens de laatste twee weken voor de opvoering. Voor elke productie waren 25 à 30 repetities nodig. De groep speelde telkens voor een volle zaal met ongeveer 150 aanwezigen, en bereikte zo per productie 380 tot 940 toeschouwers. In totaal werkten dertien verschillende regisseurs mee aan de stukken, van wie zes regisseurs uit de eigen groep en zeven gastregisseurs. Er werd geïnvesteerd in een eigen lichtorgel, eigen spots, een geluidsinstallatie en decorpanelen.

Met groot genoegen blikken alle medewerkers van deze ‘tweede generatie’ terug op de vlotte samenwerking, de podiumkansen en de smaak van het applaus. Het Toneelgezelschap is erg trots op de waardering van de koepelorganisatie, het Limburgs Toneelverbond, die de groep enkele malen gejureerd en onderscheiden heeft.

Uit: Godsheide en Malpertuus / Warm aanbevolen (2013), pp. 87-89.